Utrechts Landschap brengt oude hegvlecht-techniek terug
In natuurgebied de Laarsenberg bij Rhenen is ruim honderdvijftig meter heg gevlochten volgens een oude hegbeheertechniek. Dat is bijzonder, want sinds de komst van het prikkeldraad wordt de vlechtmethode nauwelijks nog gebruikt. Een gevlochten heg is goed voor de biodiversiteit en brengt een karakteristiek uiterlijk terug in het landschap.

Gevlochten heggen
De heggen op de Laarsenberg bestaan voornamelijk uit meidoorn, een geschikte soort om deze oude vlechttechniek op toe te passen. Bij hegvlechten worden de struiken met een kapmes ingekapt, omgebogen en gevlochten. Daarna krijgt de heg de kans om te groeien. De gevlochten heg wordt vervolgens ook op die manier bijgehouden. Zo ontstaat en lage, dichte en ondoordringbare heg vol doorns.
Terug van weggeweest
Het heggenvlechten is een eeuwenoud ambacht. Door een heg te vlechten zorgden boeren ervoor dat de heg ondoordringbaar was voor het vee en wild. De gevlochten heg verdween door de komst van het prikkeldraad, na de Eerste Wereldoorlog. Sinds vijfentwintig jaar zijn heggenvlechters weer actief om de historische manier van hegbeheer te behouden in Nederland. Een heg is niet alleen de ideale natuurlijke grens in het terrein waarlangs wandelaars geleid worden, het geeft ook identiteit aan het kleinschalig cultuurlandschap én zorgt voor meer biodiversiteit.
Biodiversiteit in het landschap
Heggen zijn een essentieel element in het cultuurlandschap. Vogels als grauwe klauwier, geelgors en zwartkop schuilen in de dichte heggen en maken er nesten in tijdens het broedseizoen. Kleine zoogdieren en reptielen gebruiken ze om beschut uit te rusten, om van A naar B te komen of voedsel te zoeken.
Bescherming kleinschalig akkerlandschap
Utrechts Landschap zet zich al jaren in voor de natuurbescherming in en om het akkerlandschap van natuurgebied Laarsenberg. “Dat is echt nodig,” zegt boswachter Maarten den Hartigh, “want waar akkerbouw én veel recreatie plaatsvindt, wordt rust voor wilde dieren gemakkelijk vergeten. In 2024 hebben we tijdens een groot project nieuwe heggen aangeplant en sluippaadjes verwijderd. We hebben de zonering voor loslopende honden verbeterd, zodat er geen honden de akkers op schieten. Daar zijn behalve wilde dieren óók de agrariërs mee geholpen. De heggen die nieuw zijn aangeplant mogen nog jaren doorgroeien; pas wanneer ze hoger zijn dan twee meter zijn ze geschikt om te vlechten.”