Warm welkom voor wintergasten
De winter is een fascinerende periode. Terwijl sommige vogels naar warmere streken trekken, verwelkomen wij talloze wintergasten uit Scandinavië en Noord-Europa. Van besneeuwde bossen tot uiterwaarden: overal zijn vogels te bewonderen die zich aanpassen aan de kou. In dit blog vertellen onze boswachters over de verschillende soorten wintergasten in onze gebieden.
Zwermen in winterse bossen
“In de winter vormen veel zangvogels gemengde groepen die door de Utrechtse bossen trekken op zoek naar voedsel,” legt boswachter Frans-Jan uit. “Je herkent deze groepen aan het constante gefladder en de contactroepjes in het kronendak.”
Een van de opvallendste wintergasten is de koperwiek, een Scandinavische vogel die zich voedt met bessen en vaak te vinden is in heggen en struiken. Wanneer koperwieken in groepen op de grond foerageren of overvliegen, hoor je hun kenmerkende ‘srieeee’-roepje. Het is een geluid dat meteen de winter aankondigt.
Ook andere soorten blijven actief in de koudere maanden. De kruisbek, met zijn unieke snavel, opent dennenappels in naaldbossen, zelfs bij strenge vorst. En de nieuwsgierige staartmees trekt in kleine groepjes door bossen en tuinen. Als je geluk hebt, zie je misschien zelfs een witkopstaartmees, een bijzondere verschijning uit Scandinavië of Oost-Europa.
“Onze bossen herbergen in de winter ook vogels zoals de zwarte mees, het goudhaantje en de boomkruiper. De zwarte mees zoekt voedertafels op, terwijl het goudhaantje tussen de naalden van naaldbossen jaagt op insecten. En de boomkruiper is altijd bezig langs boomstammen om insecten onder de schors te vinden,” vertelt Frans-Jan. Over de tjiftjaf zegt hij: “Sommige tjiftjaffen blijven in zachte winters gewoon hier en zoeken voedsel in dichte struiken.”
Een laatste tip van Frans-Jan: “Kijk in zwarte elzen naar grote groepen sijzen en putters die van elzenproppen snoepen. Het is een prachtig gezicht.”
Open water en moerasgebieden
Utrechtse moerassen, plassen en rivieren zijn een geliefde bestemming voor wintergasten. “In de Blauwe Kamer vind je bijvoorbeeld de slobeend,” zegt boswachter Juleo. “Deze eend gebruikt zijn brede snavel om in ondiepe wateren voedsel te zeven.” Bijzonder in onze regio is de grote zaagbek. Deze visetende eend, met zijn gekartelde snavel, wordt ’s winters vaak bij de Grift gespot. Zelfs in ijskoud water blijft hij onvermoeibaar op jacht.
In de Elster Buitenwaarden worden nu ook grote groepen smienten waargenomen. “Ze grazen vaak op graslanden en zoeken naar waterplanten. Samen met wintertalingen, bergeenden en kolganzen vormen ze hier indrukwekkende taferelen,” vertelt Juleo.
Samenspel van soorten in de natuur
De winterperiode toont de diversiteit aan vogels in onze provincie op zijn best. Van koperwieken en kepen in bossen tot slobeenden en grote zaagbekken in moerassen: er is altijd iets te ontdekken. Trek eropuit en geniet van de natuur. De wintergasten maken dit seizoen extra bijzonder.