Klein wonder in de tuin: het zevenstippelig lieveheersbeestje

Iedereen heeft ‘m weleens gezien: een klein rood kevertje met zwarte stippen kruipend op een blad. Grote kans dat je kennismaakt met het zevenstippelig lieveheersbeestje, misschien wel het bekendste kevertje van ons land.

Met zijn oranjerode schildjes en zeven stippen is dit lieveheersbeestje voor velen een herkenbare en geliefde verschijning. Leuk weetje: die stippen zeggen niets over zijn leeftijd – een misverstand dat hardnekkig rondgaat.

Nuttige rover

Hoewel zijn naam vriendelijk klinkt, is het zevenstippelig lieveheersbeestje een echte rover – en gelukkig maar! Zowel als larve als volwassen kever voedt hij zich met bladluizen, en die kunnen een plaag vormen in tuinen en boomgaarden. Biologische tuinders zijn er dan ook dol op. Eén volwassen kevertje kan wel 3000 bladluizen per maand verorberen. Ze lusten daarnaast ook kleine larven van andere insecten, zoals trips en mijten.

Bedreigd door een indringer

Toch gaat het niet vanzelf goed met dit kevertje. De opmars van het Aziatisch lieveheersbeestje, een uitheemse soort, vormt een bedreiging. Deze soort concurreert het zevenstippelig lieveheersbeestje weg, en dat maakt het extra belangrijk om bewust om te gaan met onze inheemse natuur.

Leven door de seizoenen heen

Dit kevertje is het hele jaar door verbonden met het ritme van de natuur. In het voorjaar wordt er gepaard en vanaf mei worden de eitjes gelegd, vaak aan de onderzijde van bladeren waar bladluizen te vinden zijn. Na een paar dagen kruipen de larven uit het ei, en na een paar weken verpoppen ze zich. Na ongeveer zes weken is daar dan het volwassen kevertje.

In de herfst moeten de jonge kevers zich nog goed vol eten om de winter door te komen, terwijl de oudere kevers vaak het einde van hun levenscyclus bereiken. Tijdens koude maanden zoeken ze beschutte plekjes op om te overwinteren. Misschien heb je er weleens eentje in huis aangetroffen, op zolder of achter een gordijn.

Een oproep aan de natuurliefhebber

Voor wie houdt van tuinieren, wandelen en het koesteren van het kleine leven: laat het zevenstippelig lieveheersbeestje welkom zijn in uw tuin. Vermijd pesticiden, laat hoekjes met planten en bloemen staan, en geniet van deze kleine, nuttige held die onze natuur een stukje mooier en gezonder maakt.

Tip: Zet eens een klein insectenhotel neer op een zonnige plek of plant bloemen zoals duizendblad en kamille – dan vergroot je de kans dat dit bijzondere beestje nog vaker te zien is.

Jan de Jong

Jan (76) is communicatievrijwilliger van het Amerongse Bos en publiceert activiteiten op websites, in kranten en op social media. In dit blog deelt hij zijn kennis en enthousiasme over insecten die voorkomen op de Utrechtse Heuvelrug.