Molenbosch
Landschappelijk park
Molenbosch is opvallend bebost voor een buiten: je zou het landgoed zo voorbij fietsen. Tussen de bomen ligt echter een mooi ensemble van slingervrijver, landhuis, weides en moestuin verscholen. Het voormalige landgoed maakt onderdeel uit van de Stichtse Lustwarande.
Stellingmolen
De heer J.B. Stoop bezat tot aan Austerlitz toe enorme landerijen. Hij liet dit huis in 1837 bouwen als zomerverblijf. Molenbosch dankt zijn naam aan een stellingmolen die langs de Driebergseweg stond en die enkele jaren na de bouw van het huis is afgebroken. Het huis heeft een hoge ligging op een kunstmatige heuvel, de hoogtewerking wordt versterkt door de natuurstenen pilasters. Het wordt particulier bewoond. In het park staan een koetshuis, een kleine witgepleisterde tuinmanswoning uit 1840, een tuinprieel, een duiventil, een zeshoekig ‘kippenpaleis’ uit 1898 en een kapelletje. De oude groentekelder doet dienst als vleermuizenonderkomen.
Landschappelijke tuin
De landschappelijke tuin is door J.D. Zocher ontworpen. Hoewel een deel van het park is verdwenen zijn kenmerkende elementen als slingerende paden, vijvers en zichtlijnen nog aanwezig. Het parkbos met zijn slingerende paden en vijvers is in beheer van Utrechts Landschap. In 2017 is het parkbos gerestaureerd: de wandelpaden zijn verbeterd, er is nieuwe beplanting aangebracht, de moestuinmuur is gerestaureerd en er is een boomgaard aangeplant. Ook de vijvers zijn gebaggerd.
Stichtse Lustwarande
De buitenplaatsen langs de Driebergseweg in Zeist zijn onderdeel van de Stichtse Lustwarande, een unieke gordel van buitenplaatsen die rond 1850 is ontstaan als vakantiegebied voor rijke kooplieden en bankiers uit Amsterdam en Utrecht. De Lustwarande ligt op de flank van de Utrechtse Heuvelrug en strekt zich uit van De Bilt tot aan Rhenen. Langs de Lustwarande staan en liggen meer dan 100 buitenplaatsen en landgoederen.
Natuurwaarde
Naast de grote cultuurwaarde die de buitenplaatsen hebben, zijn ze van belang voor vele planten en dieren. Zo fungeren de monumentale bomen als woonruimte voor onder andere boommarter, vleermuizen en holenbroeders als specht en boomklever. De vijvers vormen een uitstekend leefgebied voor kikkers, padden en ringslangen. Door de ligging in het overgangsgebied tussen Heuvelrug en Kromme Rijngebied functioneren de buitenplaatsen langs de Driebergseweg ook als ecologische verbindingszones.